Annet Shawki-Veefkind (1969) groeide samen met haar drie broers en zus op in het Zaanse Krommenie, als dochter van een Nederlands Gereformeerde dominee. ‘Mijn vader en moeder leerden mij voor het grootste deel door het leven van de dag wat het betekent om op God te vertrouwen: op gelukkige momenten en op momenten dat het leven moeilijk is. Ze leefden ons Gods onvoorwaardelijke liefde voor. Deze basis is tot op de dag van vandaag allesbepalend geweest voor mijn eigen leven en wat ik daarin tegenkom, en ik ben hen dankbaar voor dit echte, on-opgeklopte spiegelbeeld.  Mijn vader en mijn moeder hebben zelf heel wat van zich afgeschreven. In preken,  artikelen, columns, gedichten, dagboeken en verhalen. Ik lijk dus op hen! Het verrast mij elke keer weer, dat wanneer ik iets over mezelf vertel, ik al heel snel bij hen uitkom, en (hoe kan ik ook anders) bij God als liefdevolle Vader. Dat is zo bijzonder gewoon aan Jezus: als je naar Hem kijkt, zie je de eigenschappen en het karakter van zijn Vader!  Dat ik een goeie jeugd heb gehad, is kostbaar en dat besef ik. Toch geloof ik ook dat een jeugd als de mijne niet noodzakelijk is om God als liefdevolle Vader te zien. Er staat niet voor niets in de Bijbel: ‘Houd je oog alleen gericht op Jezus’. Niet op je problemen of de dingen die anderen je aangedaan hebben.  Het beeld dat Jezus van de Vader laat zien overstijgt elke onvolkomenheid van mensen. Hij offerde zijn leven op tot in de dood uit liefde. Als je dat beseft, weet je dat je identiteit in niets of niemand anders ligt dan in Jezus. Dat is voor mij een belangrijke drijfveer om te schrijven. Hoe klein we ons ook voelen, of hoe weinig we ook denken dat we in deze wereld betekenen of doen voor anderen, of zelfs voor God: Hij kijkt daar heel anders naar. Voor Hem zijn we zo kostbaar en Hij heeft ons op het oog, we zijn Zijn oogappel! Die trouwe, onvoorwaardelijke liefde van God, die zie ik ook terug in het de zorg die Hij laat zien in de natuur, tot in het kleinste detail. Daar hoef je niet alleen maar oog voor te hebben als het je goed gaat. Dat kan, maar het tegenovergestelde is ook waar: de natuur functioneert vaak ook als een ‘broeder of zuster’ die je op kan tillen en je oog op God kan richten. Het was Franciscus van Assisi die dit zo verwoordde in het bekende zonnelied. Hij schreef dat gedicht niet op de toppen van zijn bestaan, maar aan het einde van zijn leven, tijdens een zware ziekte. Zeker zijn er momenten dat je door je verdriet het zilverglitter op de daken niet meer ziet maar het volgende moment gaan de ogen en oren van je hart open wanneer de natuur in stilte van Gods liefde spreekt.’
Annet studeerde aan de Evangelische Hogeschool, HBO Theologie, 2e en 1e graad. Ze wilde graag de zending in maar toen ze aan het sterfbed van haar grootvader stond realiseerde ze zich dat ze met al die theologie praktisch zo weinig voor hem betekenen kon. ‘Ik wist niet eens hoe ik zijn kussen recht moest leggen zodat hij comfortabel lag’. Ze realiseerde zich dat de ‘taal van handen’ een internationale taal was, die overal over de wereld zou kunnen spreken van Gods liefde. Daarom besloot ze om na het afronden van haar theologie opleiding de A-verpleging te gaan doen.
Aan het einde van haar studie ging ze op zoek naar haar bestemming, en ontmoette ze haar Egyptische man in een project op de vuilnisbelt van Cairo, waar hij als vrijwilliger een koptisch orthodoxe priester assisteerde. Hij kwam naar Nederland en ze trouwden. Annet werkte in de jaren die volgden in de (terminale) thuiszorg. Het gezin breidde zich uit en er kwamen vijf kinderen. In 2015 zette het gezin zich in voor de Syrische vluchtelingen. Annet werkt nu als geestelijk verzorger in een verzorgingshuis. Zij houdt van de natuur, en van alles waar creativiteit de ruimte krijgt.
‘Ons leven gaat door stormen heen. Ik voel me een gezegend mens dat ik een opgewekt en positief ingesteld karakter heb gekregen. Vaak moet ik denken aan de woorden van Corrie ten Boom: ‘Een boom die bovenop een rots, weer en wind trotseren moet, heeft geen andere keus dan zijn wortels diep in de grond vast te zetten’.
Annet: ‘Er is ondanks dat het leven zwaar kan zijn zoveel vreugde; zoveel moois om aan vast te houden. Ik wil er elke keer weer voor kiezen de dag te ontvangen als een cadeau.’
‘Ik hoop dat ik van daaruit in de toekomst nog meer mag gaan schrijven.’

Publicaties in:
‘Sprankelend’, ‘dagboek voor vrouwen’
‘Zegen voor jou’ en ‘Precious & Beloved’
Columns in ‘Opbouw’
En enkele andere publicaties.