In de Glossy JOY (Blad bestaat inmiddels niet meer) was het volgende artikel te lezen:

Zijn novelle, De Doler (2003), raakte veel mensen. Net als zijn onlangs verschenen roman Elfenkind. Auteur Remmelt Mastebroek (44) schrijft niet alleen omdat hij daar plezier in heeft, hij moet schrijven. Op dertigjarige leeftijd werd Remmelt ernstig depressief. Een diepe en duistere periode die zeven lange jaren duurde. Acht jaar geleden verslechterde zijn gehoor zo ernstig dat hij zonder hoortoestellen zo goed als niets meer hoort. Daarbovenop kwam een zwaar hartinfarct in 2002. Remmelt was zo ernstig ziek dat hij niet had niet verwacht dat hij nog zou genezen. Toch zijn door dit alles heen mooie dingen gaan gebeuren en voelt Remmelt zich ‘gelouterd door het leven’. Na zijn hartinfarct is hij gaan schrijven, omdat hij zich daartoe geroepen voelde. Momenteel werkt Remmelt alweer hard aan een nieuw boek.


Hoe zou jij jezelf omschrijven?

‘Ik ben een romanticus en een creatief techneut, ook al zijn dit nogal tegengestelde zaken… Ik heb een zachtmoedig en open, vrolijk en vriendelijk karakter, en kan hierdoor snel gekwetst raken. Ik ben een man van niet teveel woorden. Verder ben ik een vader die veel van zijn kinderen houdt, en een man die nog meer van zijn vrouw houdt. Ik geniet van de dingen die ik mag beleven, met name van de hele kleine dingen. Een koerende duif, een verse boterham, een warme douche…’

Je hebt twee prachtige boeken geschreven en werkt alweer aan een derde. Waarom ben je gaan schrijven?

‘In 2003 werd ik ernstig ziek, zo ernstig ziek dat ik niet verwachtte verder te zullen leven op deze aarde. Ik had daar vrede mee. Ondanks dat ik erg veel van Petra en mijn kinderen houd, houd ik nog meer van mijn Schepper. Ik wilde hem dan ook erg graag ontmoeten, mijn handen in de zijne voelen, zijn armen om mijn schouders. Toch ging het anders, en dat is ook goed. Vanaf dat moment ben ik minder gaan werken en ben ik gaan schrijven. Ik werk in de automobielindustrie als procesontwikkelaar. Een nogal creatieve, maar ook technische bezigheid. Samen met twee collega’s ben ik verantwoordelijk voor alle nieuw te ontwikkelen processen binnen ons bedrijf. Sinds mijn ziekte werk ik parttime en vul ik de rest van de tijd met schrijven. Boeken moesten het worden met toegevoegde waarde. Verhalen waar mensen iets aan hebben. Die boeken kwamen er. De Doler verscheen in 2003 bij Medema en werd een succes. Het is een bijzonder verhaal dat vertelt over een man die in De Grote Stad een aantal wonderlijke ontmoetingen heeft waardoor zijn hele leven op de kop komt te staan. Het boek heeft het in Nederland, maar ook daarbuiten, erg goed gedaan, zeker voor een debuterend schrijvertje. In 2005 werd Elfenkind uitgegeven door Novapres. Net als De Doler vertelt ook Elfenkind een bijzonder verhaal. Wel een compleet ander verhaal. Elfenkind is het verhaal van Gwendelyn, een jonge vrouw die opgroeit in het oude Welsh of Wales. Een land vol legenden en verhalen. De jonge Gwendelyn heeft een heftig leven achter zich en is op zoek naar iets wat haar leven kan vullen, naar iemand die haar van haar sombere karakter kan bevrijden. Haar lange en moeizame reis leidt langs de vele religieuze plaatsen die haar land rijk is. Haar zoektocht lijkt tevergeefs, totdat ze iemand ontmoet die haar de ogen opent. Ook al heb ik het verhaal tussen alle correctieslagen in inmiddels meer dan veertig keer gelezen, het blijft een schitterend verhaal dat je absoluut zal meenemen. Diepere boodschap in dit boek is dat je, hoe diep de put ook is, hoe donker de wereld ook lijkt, er is uitzicht, het zal beter gaan worden. Maar dat gaat niet vanzelf.’

Wat betekent geloven in God voor jou in je leven van elke dag?

‘Geloven is volgens een definitie in de bijbel: Iets zeker weten wat je niet ziet. Het klinkt vreemd, maar daarom denk ik dat ik niet geloof. Want er is niet iets wat ik niet zie. Geloven is voor mij als ademhalen en wandelen. Als je geen ademhaalt, is het snel afgelopen. Zo is een leven ook zonder je Schepper. En wandelen, ja, het gebeurt dat ik soms zomaar mag wandelen met Hem die ik zo liefheb. Hoe dit komt, weet ik niet. Ik ben zeer slechthorend; er is daarom vaak stilte om me heen en niets dat me afleidt. Dan kan ik soms zomaar tegen mijn Heer zeggen dat ik van Hem houd, en soms legt Hij zomaar zijn hand om die van mij. Zo bijzonder! Ik huil dan altijd stilletjes, maar van binnen jubelt het.’

Wat voor uitwerking heeft je geloof op jouw omgeving?

‘Onze kinderen hebben ons verteld dat ze door onze levenshouding zien dat God bestaat. Het is bijzonder als een kind dat zijn ouders vertelt. In mijn boeken vertel ik vrijuit over Hem die ik zo liefheb en dat ontroert veel mensen. Ik schrijf zoals ik ben, open en eerlijk, zonder fratsen, kinderlijk naïef zullen sommigen denken. Ik beleef mijn relatie met Jezus nu eenmaal van heel dichtbij, heel intens. Ik denk dat dit komt door mijn sombere verleden. Zeven lange jaren ben ik geestelijk erg ziek geweest. Jaren vol angsten, jaren van depressie. Daarvan mocht ik genezen. Nu heb ik een ziek lijf, maar een gezonde geest en ben gelukkig. Veel mensen om me heen kennen mijn sombere verleden, maar ook mijn lichamelijke ongemakken nu. Ze zien aan mij dat mijn geloof, ofwel mijn relatie met Hem die ik zo liefheb, geen fake is, geen flauwekul, maar doorleefde realiteit.’

Waar kun jij s’ nachts wakker van liggen?

‘Dat is een vraag voor mijn vrouw Petra, die ligt s’ nachts vaak wakker. Ik slaap heerlijk.’

Met wie zou jij een goed gesprek willen voeren over je geloof?

‘Ik wil met niemand in het bijzonder een goed gesprek voeren over geloven. De meeste mensen zitten zo vast in hun eigen ontkennen van Jezus als verlosser – en dat begrijp ik best als we de bloedige geschiedenis bekijken van het christendom – dat ik helemaal geen behoefte heb om daarover met hen te spreken. Wel zou ik willen spreken met al die jongeren en ouderen die werkelijk open staan om een relatie aan te gaan met Diegene die alles heeft gegeven wat te geven viel! Soms mag ik voorgaan in kerken of gemeenten. Soms ook op (jongeren) conferenties. Vaak proef ik juist daar de honger naar Iemand die werkelijk met je mee wandelt op de paden van je leven.’

Wat is het moeilijkste moment geweest in je geloof?

‘Na zoveel jaren van leven in somberheid en angst, valt alles om je heen weg. Al je vrienden, al je kennissen, verdwijnen. De enigen die toen rechtovereind bleven staan, waren Petra, mijn vrouw en mijn familie. Zij waren de enigen op aarde die me bleven steunen, hoe moeilijk en lang die periode ook duurde. Zeven jaren duren ook lang, als je dagelijks stenen naar de hemel slingert, zonder dat daar op gereageerd wordt. Toch bleef ik stenen slingeren. Gelukkig maar, want ook dit is een vorm van contact zoeken. Uiteindelijk weet ik dat ik die zeven jaren moest doormaken om er door veranderd te worden. Hoe? Lees dat maar in Elfenkind.’

Wat is de meest bijzondere ervaring in je leven geweest?

‘Het mogen wandelen met Hem die mij zo liefheeft is voor mij de mooiste ervaring ooit. Als je dat voor ogen houdt, kun je je voortstellen dat ons leven straks een aaneenschakeling zal zijn van dit soort ervaringen.’

Wat is jouw geloof voor de toekomst?

‘Ik wil, zolang dit kan en mag, naast een goed vader zijn en een goed echtgenoot, ook boeken blijven schrijven. Boeken waarin iedereen zich zal herkennen, waardoor eenzame mensen zich minder eenzaam gaan voelen, waardoor mensen met verdriet, minder verdrietig zullen zijn. Boeken waardoor uiteindelijk steeds meer mensen gaan uitzien naar een Andere Toekomst. Want daar gaat het uiteindelijk om. We leven hier maar een paar jaar, zeventig, tachtig als we sterk zijn. Wat hierna komt, duurt een eeuwigheid. Wat zullen we daar een tijd hebben om bij te praten, om te genieten, om in de aanwezigheid van onze Schepper te verkeren, om onze ogen de ogen van Jezus te laten ontmoeten. Ondanks dat ik erg gelukkig ben hier op aarde, gaat mijn verlangen uit naar die Heer, die Jezus, die God en Heilige Geest.

Wat zou je op dit moment tegen mensen willen zeggen die nog niets weten over het geloof?

‘Tegen iedereen die Jezus niet kent, of Hem niet wil kennen, wil ik graag zeggen: zoek de stilte, net zoals Hij dit ook altijd deed als hij Zijn Vader zocht. Zoek de stilte, en vertel Hem heel eenvoudig dat je van Hem wilt gaan houden. Vertel dit met heel je hart. Je zult versteld staan!’